Flower, Robin - The Western Island

De schrijver van dit boek was een dichter en een wetenschapper van de Keltische talen. Hij leefde van 1881 tot 1946 en had een speciale band met The Blasket Islands in het uiterste westen van Ierland. Zijn boek The Western Island begint met de beschrijving van zijn reis naar het hoofdeiland, The Great Blasket. Als hij bij het laatste treinstation komt, in Dingle, “you forget London and Dublin, all the cities of the earth, and with Gaelic faces and Gaelic voices about you stand in the gateway of an older and a simpler world.”

Dit citaat typeert de licht melancholische en poëtische manier waarop Flower, die door de eilanders ‘Bláheen’ werd genoemd (Iers Gaelic voor bloem), zijn herinneringen aan dit eiland en haar volk beschrijft. Ik herken ook wat ik met eigen ogen in dat deel van Ierland heb gezien: “All else is naked field and dun bod, starred here and there with the snow-soft bog-cotton (…). And here and there by the roadway fuchsias hang out their waxen pendants, looking oddly artificial in this wild landscape (…).”

De taalkundige Flower verbleef regelmatig enkele weken op het eiland, om de taal, het Ierse Gaelic, dat daar nog in haar puurste vorm werd gesproken, te bestuderen. Maar ook om deelgenoot te worden van de liederen en verhalen waar het land “full to the lid” van was. Flower beschrijft de manier waarop hij allerhartelijkst wordt opgenomen in de kleine gemeenschap op het eiland van zo'n honderd zielen. Zo klein in aantal, en toch zo rijk in literaire traditie. Vier of vijf schrijvers van naam heeft dit eiland voortgebracht in minder dan vijftig jaar. Een van hen is Peig Sayers – haar boeken staan in mijn uitpuilende nog-te-lezen-kast. Flower beschrijft haar als volgt: “she has so clean and finished a style of speech that you can follow all the nicest articulations of the language on her lips without any effort; she is a natural orator, with so keen a sense of the turn of phrase and the lifting rhythm appropriate to Irish that her words could be written down as they leave her lips, and they would have the effect of literature with no savour of the artificiality of composition.” Dat moet een bijzondere dame zijn geweest.

De portretten in The Western Island van de eilanders zijn raak, en ook de beschrijving van een gemeenschap die transformeert van orale overdracht van verhalen naar overdracht daarvan in druk is treffend. Flowers doel is onmiskenbaar: “We can preserve a little of that tradition in the ink that has destroyed it.” Enkele van de verhalen staan opgetekend in dit boek. De verhalen zelf zijn misschien nog niet zo boeiend, maar meer de omstandigheden waarin ze worden verteld, voor het haardvuur in het huis van een van de bewoners, waar gaandeweg het vallen van de avond steeds meer mensen aanschuiven.

Ja, een prachtig document in mooie taal over een bijzondere gemeenschap uit een voorbij verleden.

Gelezen: november 2012