Horwood, William - Hyddenworld 4, Winter (NL)

Read the English version

 

Lees de drie andere leeservaringen

over de Hyddenworld-serie

Spring

Awakening

Harvest

 

 

Het laatste deel uit de Hyddenworld-quadrilogie van Horwood, Winter, las ik alweer bijna drie maanden geleden. Zeker ben ik erg druk geweest met wereldse zaken, maar dat weerhield me er niet van in de tussentijd een slordige tien boeken te lezen. Nee, dat ik het schrijven van deze leeservaring steeds opnieuw uitstelde, had een andere oorzaak. Ik vreesde mijn diepgaande ervaring tijdens het lezen van dit boek niet in woorden te kunnen vangen. Niet alleen zijn de diverse verhaallijnen die door deze vier boeken lopen complex, evenals de ingenieuze wijze waarop al deze verhalen in elkaar grijpen. Het is vooral het surrealistische karakter van bepaalde onderdelen en van het slotakkoord van dit boek, dat ik onmogelijk in een korte tekst als deze kan overbrengen.

 

Hoe leg ik bijvoorbeeld uit wat ‘wyrd’ nu werkelijk betekent? Al heb ik dat in mijn beschrijving van Harvest, het derde deel uit deze serie, wel geprobeerd. Of hoe illustreer ik afdoende het belang en de betekenis van musica universalis? Winter begint er praktisch mee, wanneer we Bedwyn Stort op de eerste pagina’s aantreffen aan de kust van het Engels Pendower, waar we hem aan het slot van Harvest hadden achtergelaten. Er staat: 

 

“he understood that since all things of Earth and Universe are vivified by a common energy or harmony, which wise folk call mucisa universalis, everything, however incidental it might seem, has a bearing on the whole.” 

 

Is het dan de energie of de harmonie tussen de aarde en het universum? Ja, maar het is veel meer dan dat. En het is juist dat meer, dat de lezer meekrijgt in talloze flitsen zoals een enkel woord of een blikopslag van personages, of een beschrijving door de verteller. Het is juist dat ‘meer’ dat onderwerpen als musica universalis of de Mirror-of-All die lading van diepe betekenis geeft, die onmogelijk valt uit te leggen. Weer Bedwyn Stort bij aanvang van Winter: 

 

“Like most hydden, he believed in the Mirror-of-All, in whose vast universal reflection we live our lives, as smaller parts of the whole, which is to say as reflections which come and go.” 

 

Ontoereikender kan bijna niet, voor wie de vier delen heeft gelezen, waarin van het concept van de Mirror-of-All stukje bij beetje tipjes van de sluier wordt gelicht. 

 

Dit gevoel van onmacht dat ik ervaar bij het beschrijven van deze monumentale en prachtige serie, wordt goed weergegeven in een scène waarin Bedwyn Stort aan Jack en Katherine vertelt dat ze de edelsteen van Winter zeker en vast zullen vinden.

 

“It is simply a matter of replacing one reflection with another!”

“Meaning?” said the ever-persistent Jack.

“Yes, meaning?” challenged Katherine.

“I have no idea,” said Stort, exasperated. “You always want specifics and they rarely exist until they’re really needed.” 

 

In mijn leeservaring van Harvest heb ik de ruimte genomen om enkele verhaallijnen en achtergronden van de Hyddenwereld toe te lichten. Met enorme wilskracht dwing ik mijzelf ertoe dat niet nog eens te doen. Met de splinters hout die ik aan de lezer van deze ervaringen geef, doe ik onrecht aan de majesteitelijke boom die wordt gevormd door het geheel van deze vier boeken. 

 

De zoektocht naar de vierde en laatste edelsteen, die verbonden is met het seizoen Winter, neemt het reisgezelschap van Bedwyn Stort, Katherine, Jack – en inmiddels zijn ook Niklas Blut en Slaeke Sinistral aangehaakt – in beslag. Het onverklaarbare natuurgeweld dat we in Harvest al meemaakten, wordt erger. Ook de tijd verloopt af en toe onnavolgbaar. Regelmatig zijn de hydden en mensen hele uren kwijt, die eenvoudigweg niet lijken te hebben plaatsgevonden. Het einde der dagen lijkt snel naderbij te komen. Niet alleen in de wereld van de hydden doen zich deze anomalieën voor, ook bij de mensen lijkt de chaos en de anarchie compleet te zijn uitgebroken. Steeds vaker ook kruisen de paden van hydden en mensen elkaar, iets wat in geen eeuwen meer is gebeurd. 

 

Niemand twijfelt eraan dat de ondergang van Moeder Aarde het gevolg is van het handelen van de mens. De voornaamste vraag die Stort herhaaldelijk stelt is: “is what humans have done to our Mother Earth reversible? Or is it too late?” Die vraag wordt uiteindelijk beantwoord, zij het dat het einde der dagen dan al wel heeft plaatsgevonden.

 

Het tweede deel van het boek – de laatste 80 pagina’s – heeft als titel Stort’s final journey. Het vertelt het hartverwarmende verhaal van een man die op een novemberdag in 1963 in Dallas wordt neergeschoten. Hij overleeft het, evenals de belangrijke mensen in de auto, voor wie de kogels waren bedoeld. De man lijdt aan een ernstige vorm van geheugenverlies. Hij weet niet wie hij is, of waar hij is. Nadat hij is hersteld van zijn verwondingen, belandt hij in een psychiatrische inrichting. Daar wordt hij gediagnosticeerd als 

 

“being prone to anxiety and mild depression with associated delusions. He seemed to think he had something important to do that might, as he put it, ‘change the human world’ but he didn’t know what it was.” 

 

Hij is sterk gehecht aan zijn zelfgemaakte laarzen, wat hem de bijnaam Mister Boots oplevert. 

 

Zijn hele leven blijft Mister Boots op zoek naar dat belangrijke dat hij moet doen, maar dat hij is vergeten. Hij is een talenwonder en blijkt ook over diverse andere talenten te beschikken. Zijn leven verloopt op wonderbaarlijke wijze, maar zijn geheugen blijft hem ontglippen, tot hij op bejaarde leeftijd ineens weer weet wie hij is. Hij is Bedwyn Stort, een hydden. En ook weet hij weer wat voor belangrijks hij moest doen. 

 

Ik kies voor dit moment om een vast element in mijn leeservaringen ten tonele te voeren, te weten de volgende zin: Waar dit toe leidt, laat ik aan de lezer. Ik zou meer kunnen vertellen, maar de talloze draden die de auteur tot hier toe heeft gesponnen, in de vier boeken, komen werkelijk allemaal samen. En dat niet alleen, ook snaren uit vorige boeken van zijn hand klinken hier nog door. Ik beperk mij tot één voorbeeld.

 

In alle Hyddenworld-boeken speelt de hydden Barklice de rol van routevinder. Waar het reisgezelschap ook terechtkomt, Barklice weet altijd weer het juiste pad te vinden en de route naar hun bestemming. Precies zo’n personage komt voor in een van zijn Duncton-boeken (Duncton Quest). Mayweed is de ‘routefinder’ en vervult deze rol met verve voor Tryfan op hun veelvuldige queestes. Tegen het einde van het prachtige en enerverende verhaal wordt Tryfan zwaargewond en blind door zijn vijanden voor dood achtergelaten. Mayweed vindt hem en Tryfan vraagt hem voor een laatste maal de weg voor hem te vinden. Dat doet Mayweed waarop Tryfan sterft. Iets bijna vergelijkbaars gebeurt hier, wanneer Stort alias Mister Boots, die door zijn hoge leeftijd nauwelijks meer kan lopen, een heuvel moet beklimmen – hoe Barklice hier komt en waarom de heuvel moet worden beklommen, laat ik wederom graag aan de lezer. Waar het om gaat is dat Barklice er is. 

 

“‘The time’s come for our last journey together and I intend to guide you well and make it a good one,’ said Barklice warmly.”

 

In plaats van enkele van de vele verhaallijnen uit dit boek samen te vatten, zoals ik bij de leeservaring over Harvest deed, koos ik er dit keer voor mijn onvermogen onder ogen te zien. Dit boek is te mooi en te bijzonder om in een leeservaring te vatten. Lees de hele serie en wees verrast door de tederheid van de personages, door de wijsheid van de auteur en door de schoonheid van zijn taal. 

 

Gelezen: december 2013