Möring, Marcel - DIS

Dit boek heeft mij behoorlijk geïrriteerd. Het is veel te literair, dat wil zeggen dat het veel teveel pagina’s bevat die bestaan uit omtrekkende taalbewegingen die uiteindelijk volstrekt niet ter zake doen. Met gebruikmaking van typisch literaire woorden als ‘gepolitoerd’, ‘gepavoiseerd’, of ‘iridiscerend’.

 

Ook de lay-out irriteerde mij mateloos. Waarom een strip? Waarom die overdreven manier van vormgeven zoals: 

 

 

Dit soort Paul van Ostaaijen-vernieuwing is toch al lang achter de rug. Toch?!

 

Bovendien heeft Möring echt veel teveel pagina’s nodig om zijn verhaal te vertellen. Het is te pretentieus, want veel te literair terwijl dat niet nodig is, en hij grijpt echt veel te hoog met een analogie naar Dante’s Hel, uit De Goddelijke Komedie. Ook lijdt hij aan het Mulisch-syndroom, maar dan op een echt irritante manier. Hij licht toe en legt uit op een ongelukkige manier. Daarmee neemt hij zijn lezer niet serieus.

 

Is er dan helemaal niets goed aan dit boek? Jawel, Möring is een schrijver van mooie zinnetjes. Kortom, het boek heeft me geïrriteerd en het heeft me geraakt en vermaakt. 

 

Bladerend: 

p.16 een treffende en mooie beschrijving van een lege blik: 'geen uitdrukking, ogen leeg als de schepping voor het opperwezen de mouwen opstroopte en er iets van maakte.'

 

Maar Möring is helaas erg ingenomen met zijn eigen metaforen, waardoor hij toegeeft aan de neiging ze te herhalen. Want op p.23 (met daartussen twee lege pagina’s met op iedere pagina alleen het woord ‘alles’ en ‘allemaal’) heet het 'hijgend als een god die bezig is een schepping te baren'.

Nog eens op p.51: '(...) is het stil als voor de schepping'.

 

Een volgend beeld is dan weer prachtig: p.31 'Jacob Noach heeft zich van zijn verleden ontdaan zoals een vos de poot afknaagt waarmee hij in de klem kwam.'

 

Hoe beschrijf je iemand vernietigend? p.96 'een liefdesleven dat nieuwe inhoud geeft aan het begrip vacuüm'. En p. 98: 'de man die een stralende toekomst achter zich heeft'.

Op p.329 beschrijft Möring zijn eigen stijl heel treffend: 'U heeft een omslachtige manier van vertellen'.

 

Het boek gaat al na een paar pagina’s tegenstaan, maar de enkele mooie gedachte of spectaculaire formulering beweegt tot verder lezen. Op p.481, de uitgever heeft het boek tot net voorbij de 500 pagina’s weten te rekken, staat dan weer een juweeltje in al zijn eenvoud: 'je wordt zonder verklaring of handleiding in het leven geworpen, ongevraagd en misschien zelfs ongewild, en daarna zit er niets anders op dat het maar af te maken.'

 

Gelezen: maart 2007