Möring, Marcel - In Babylon

Gelezen in 1997

 

De nieuwe roman van Marcel Möring heet In Babylon. De Toren van Babel had het meest ambitieuze bouwwerk in de geschiedenis van de mensheid moeten worden. Men zou daarmee tot in de hemelen reiken, maar doordat de bouwers elkanders taal niet spraken, kwam er voortijdig een einde aan de bouw.


Dit werk van Möring is eveneens behoorlijk ambitieus, zonder overigens die intentie te verkondigen of uit te stralen, maar is in tegenstelling tot de toren uit de titel wel voltooid. Het reikt wat mij betreft absoluut tot in de hemelen van de literatuur. Verschenen in februari van 1997, kan ik mij niet indenken dat er dit jaar nog een boek zal verschijnen dat aan dit meesterwerk van Möring kan tippen. Voordat ik mijn loftrompet niet meer tot zwijgen kan brengen, even pas op de plaats.


Nathan Hollander is sprookjesschrijver, zeer tot ergernis van zijn oom Herman. Deze vindt het maar niets dat hij zijn kostbare talent vergooit aan fantasietjes. Nadat oom Herman in zeer promiscue omstandigheden is komen te overlijden, wordt het testament voorgelezen. Nathan krijgt het grote landhuis op de heuvel, het huis waar de familie met enige regelmaat tijdens de zomers bijeen kwam. Hij krijgt het huis onder één voorwaarde: hij moet de biografie van oom Herman schrijven, 'zijn laatste poging (...) om mij weg te lokken uit het domein van de sprookjes.'

 

Een aantal jaren na voorlezing van het testament is de biografie bijna voltooid en gaat Nathan naar het huis. Het is midden in de winter en de auto met wie zijn nicht Nina hem van het vliegtuig heeft gehaald, raakt een half uur lopen vanaf het huis in een sneeuwbank verstrikt. Het huis is volledig verlaten en Nina en Nathan zijn tot elkaar veroordeeld totdat de razende sneeuwstorm is gaan liggen. In het huis treffen ze in de kelder een onoverzichtelijk grote voorraad voedsel en drank aan en op de trap ligt een onneembare barricade van meubels en stoelen. Buiten vriest het zeventien graden, dus worden een paar meubelstukken losgewrikt uit de houtkluwen op de trap en aan stukken gehakt voor een haardvuur.

 

Nathan pijnigt zijn hersens om te begrijpen wie dit zo heeft geënsceneerd en met welk doel, maar komt er niet uit. Nina doet de eerste dag al een vergeefse poging het huis te verlaten, zonder Nathan hiervan op de hoogte te stellen. Ze had de auto niet uit de sneeuwbank los kunnen krijgen. Waarom zij was weggegaan krijgt hij niet te horen. Nina leest om de tijd te doden de biografie van oom Herman, die eerder een volledige familiekroniek is.

 

Het gehele verhaal vanaf oom Chaïm uit de vroege 17de eeuw en oom Magnus uit diezelfde periode tot heden, het verhaal van de klokkenmakers die vanuit over de wereld zwierven tot in Amerika. Ze praten met elkaar over Zeno, de vermeende vader van Nina en Nathans broer, een messianistische secteleider die zichzelf van het leven beroofde. Spelenderwijs raakt de lezer thuis in de kronieken van de familie Hollander. Onderwijl banen Nathan en Nina zich een weg door de barricade in een wanhopige poging voldoende hout te verzamelen om de verschillende vuren brandende te houden. Daarbij stuiten ze op mysterieuze, gevaarlijke en angstaanjagende zaken. De vijf dagen die ze in het verlaten landhuis vertoeven, ontwikkelen zich naar een climax, die menig lezer zal doen verbazen.

 

Möring trekt in deze duimendikke roman alle registers open. Stilistisch hoogstaand, natuurlijke dialogen, zoals ook in zijn twee eerdere romans was te bewonderen, en hij houdt de lezer op het puntje van zijn stoel.

 

Een aanwinst!