Slavenburg, Jacob - Het graf van Jezus

Dit boek vertoont exact dezelfde minpunten als Slavenburgs De vrouw die Jezus liefhad. Slavenburg is op het irritante af ingenomen met zichzelf en zijn eigen werk. Niet dat hij daarom geen lof zou verdienen, maar deze manier van zelfbevlekking is ongepast en dient geen enkel doel. Te pas en te onpas citeert hij uit zijn eigen werk en schildert zijn zoektocht naar de historische waarheid af als een unieke ervaring, enig in zijn soort.

 

Een ander overeenkomstig minpunt betreft de vele taal- en drukfouten die in het boek zijn blijven staan. Woorden of letters ontbreken, slordige uitdrukkingen als 'uiterst authentiek' (iets is authentiek of niet authentiek) en kromme zinnen eisen een verkeerde vorm van aandacht op van de lezer. Dat de enkele goedlopende zin die het boek bevat, opvalt, zegt genoeg. Een goede eindredacteur zou het imago van uitgever Walburg Pers zonder meer ten goede komen.

 

Waar ik me op den duur ook aan begon te ergeren was het veelvuldige vooruitwijzen: 'Hierover meer in het volgende hoofdstuk' (p.52); 'veel meer in het volgende hoofdstuk' (p.55); 'waarover zo dadelijk' (p.55); 'waarover meer in hoofdstuk 6' (p.57). Normaal wekt vooruitwijzen de indruk dat de auteur zijn betoogtrant volledig op een rijtje heeft. Hier wekt het vooral de tegenovergestelde indruk; dat de auteur het zelf ook niet meer zo goed weet.

 

Nu we dit minder positieve commentaar uit de weg hebben, kan ik zeggen dat Het graf van Jezus mij iets beter is bevallen dan De vrouw die Jezus liefhad. Hoewel de meest indrukwekkende feiten en zienswijzen grotendeels afkomstig zijn van andere onderzoekers en historici, zet Slavenburg toch een boeiende reconstructie neer van de vondst van een familiegraf in Jeruzalem uit het begin van onze jaartelling. De doofpotpraktijken worden plausibel uiteengezet en ook de mogelijke authenticiteit van het graf wordt geloofwaardig geanalyseerd. Je zou bijna geloven dat het graf van Jezus gevonden is. Verder krijgt de lezer allerhande boeiende wetenswaardigheden mee. Want al gaat er aan Slavenburg dan geen groot stilist verloren, hij weet verdraaid veel over zijn onderwerp.

 

Desondanks heb ik nu wel genoeg gelezen van deze man. Zijn kunst is het op een rijtje zetten wat anderen hebben ontdekt. Dat doet hij kundig. Alleen presenteert hij het alsof hij het allemaal zelf heeft bedacht. En dat doet hij dan nog behoorlijk slordig ook. Kortom: alle lof voor zijn belezenheid en eruditie, minder lof voor zijn zelfverheerlijking en zijn behoorlijk kromme pen.

 

Gelezen: juli 2011