Zafón, Carlos Ruiz - De gevangene van de hemel

Eindelijk verscheen daar dan de paperback van De gevangene van de hemel van Carlos Ruiz Zafón. Van zijn twee eerdere boeken in deze serie heb ik erg genoten en nummer drie vormt daarop geen uitzondering. Binnen een halve pagina was ik alweer helemaal thuis in de wereld van het oude Barcelona en van de boekhandel van Sempere en Zoon.

 

Dit boek speelt zich af in 1957 met flashbacks naar het begin van de Franco-tijd vanaf 1939, vlak na de Spaanse burgeroorlog. In de boekhandel strompelt een onooglijke, oude man de winkel binnen. Zoon Daniel, die we uit de eerdere boeken kennen, is alleen in de winkel. Het oog van de man valt op een hele dure editie van De graaf van Montecristo. Hij koopt het, geeft veel teveel geld en neemt het boek niet mee, maar schrijft er iets in. Hij geeft Daniel opdracht het te schenken aan de naam in de opdracht. “Het staat er allemaal in,” stelt hij Daniel gerust. Terwijl die de opdracht bekijkt, verdwijnt de mysterieuze figuur uit de winkel. In het boek staat geschreven: “Voor Fermín Romero de Torres, die terugkeerde uit de wereld van de doden en de sleutel van de toekomst in handen heeft. 13”

 

Het kost Daniel de nodige moeite om zijn goede vriend Fermín ertoe te bewegen te vertellen wat de opdracht en die mysterieuze man te betekenen hebben. Uiteindelijk krijgt hij het verhaal te horen dat zijn vriend al die jaren verzwegen heeft. Aan het einde van de Spaanse burgeroorlog belandt hij in een gevangenis, waar hij medegevangene David Martín leert kennen. Martín is de schrijver die in Het spel van de engel zo’n belangrijke rol speelt. In de gevangenis staat Martín bekend als ‘de gevangene van de hemel’. De man die Fermín ruim 17 jaar na dato het boek cadeau doet, zat eveneens in die gevangenis, in cel 13. Dankzij hem kon Fermín ontsnappen, op een manier die doet denken aan de graaf van Montecristo.

 

Het lijden en de wreedheid van het Franco-regime in die beginjaren zijn indringend beschreven. Zafón beschrijft de radeloosheid en de machteloosheid treffend met zinnen als: 

“Er zijn tijden en plaatsen waar niemand zijn eerbaarder is dan iemand zijn.”

of

“God is uit dit land vertrokken.”

 

De gevangene van de hemel is tot nu toe het meest politieke boek uit het oeuvre van Zafón. Het snijdt een onderwerp aan dat in de Spaanse maatschappij van vandaag nog altijd een taboe is, een open wond. 

 

Uit het aangrijpende verhaal van Fermín komt onder veel meer naar voren op welke smerige wijze Daniels moeder om het leven is gekomen. Buiten zinnen van woede, neemt Daniel zich voor wraak te nemen op de dader, de gevangenisdirecteur van destijds. Fermín tracht Daniel te kalmeren, omdat zijn jonge vriend anders zonder twijfel zijn eigen graf graaft. Daniel vraagt ook waarom zijn vader al die jaren heeft gezwegen over de oorlog.

Om u, Daniel, antwoordt Fermín. “Om u. Uw vader, net als zoveel andere mensen die die jaren moesten doormaken, heeft alles geslikt en niets gezegd. Omdat ze de moed niet hadden. Dat gebeurde bij alle partijen en alle kleuren. U passeert ze elke dag op straat en u ziet ze niet eens. Ze zijn weggekwijnd met alle pijn in hun binnenste zodat u en anderen zoals u konden leven.”

 

Wederom neem ik mijn hoed af voor deze schrijver, die beschikt over een pen met een fluwelen randje. Een echte verhalenverteller die de Spaanstalige traditie in dit opzicht voortzet. 

 

Gelezen: december 2013