Berrry, Steve - The Venetian Betrayal

Dit is de vierde Berry die ik in mijn lezerscarrière heb verorberd en het heeft weer goed gesmaakt. Een goed verhaal tegen een plausibele historische achtergrond. 

 

Kern van het verhaal is de zoektocht naar het legendarische graf van Alexander de Grote. Een van de personages, Irina Zovastina, is 'supreme minister' van de fictieve staat Central Asian Federation. Zij is geobsedeerd door Alexander de Grote en wil in zijn voetsporen treden. Om haar federatie uit te breiden tot de beoogde wereldmacht, schuwt ze geen enkel middel. Haar plan is om omringende landen te hulp te komen, wanneer die vanuit het niets worden getroffen door een omvangrijke uitbraak van een dodelijk en niet te traceren virus. Hiertoe beschikt ze over een uitgebreid arsenaal aan gruwelijke virussen. De gedecimeerde bevolking zal niet alleen dankbaar zijn als zij plots een geneesmiddel aanbiedt, maar zal haar ook volgen. 

 

Steve Berry’s held, Cotton Malone, raakt verzeild in nog diverse andere verhaaldraden die om bovenvermelde kern heen zijn gedraaid. Zo heeft Enrico Vincenti, eigenaar van een geneesmiddelenconcern, min of meer bij toeval een middel gevonden dat AIDS geneest. Maar hij wacht op het juiste ogenblik om het op de markt te brengen, zodat hij monsterlijke winsten kan behalen. In zijn samenwerking met Zovastina balanceert hij op een wel heel dun koord. 

 

Zoals het een echte thrillerheld betaamt, redt hij zich uit onmogelijke situaties en begrijpt hij steeds op het juiste moment waar de volgende stap zich moet bevinden om de mysteries te ontrafelen. Hoe een en ander met elkaar in verband staat, laat ik uiteraard aan de lezer. Maar ik vond het allemaal goed in elkaar steken. Al had ik één of twee verhaaldraden minder niet erg gevonden. Zeker aan het einde, wanneer alles samenkomt en de ene onthulling na de andere wordt gedaan, is het opletten geblazen om door de bomen nog het bos te zien. 

 

Al met al bevalt het werk van James Rollins mij toch net iets beter. Niet dat diens verhalen beter zijn – Berry is een echte verhalenverteller -, maar Rollins' wereld is iets geloofwaardiger. De ontsnappingen zijn net iets minder fantastisch. Ook laat Berry talloze naamloze bijfiguren zonder pardon en zonder duidelijke reden overhoop schieten, alsof hij een vast aantal moorden in zijn boeken wil hebben. Dit volstrekte respectloze strooien met levens, hoeft niet zo voor mij. Ook zit er minder humor en relativering in zijn stijl en blijven zijn karakters nogal plat. Daarnaast vind ik het gebruik van een dubbel- of misschien zelfs driedubbelspion een beetje goedkoop. Daarmee redt de thrillerschrijver zich altijd uit onmogelijke situaties.

 

Los van deze detailkritiek heb ik dit boek met veel plezier gelezen. 

 

Gelezen: januari 2012