Llywelyn, Morgan - Brendán

Afgelopen september bracht ik enkele weken door in Ierland. Ik beklom Mount Brendon en hoorde over het verhaal van Brendon, die vanuit Brendon Creek een zeereis was aangevangen die hem volgens de overlevering tot in Amerika zou hebben gebracht. Ik kocht zelfs de roman die het onderwerp is van deze historische figuur. Toch drong het pas tijdens het lezen van de eerste hoofdstukken van dit boek tot mij door dat Saint Brendon dezelfde figuur is als de heilige die wij in het Nederlands aanduiden met Sinte Brandaan. Soms zie je iets niet, al staart het je recht aan. In een grijs verleden las ik ooit de uitgave van het Middelnederlandse manuscript onder redactie van Bertus Aafjes. Deze roman van Morgan Llywelyn, een dame die veel romans over Ierland op haar naam heeft staan, heeft mij blij verrast.

In het begin moest ik toch wel wennen aan de veelvuldige perspectiefwisselingen. Brendán, zoals de hoofdpersoon uit het boek wordt genoemd, schrijft als oude man zijn memoires. Daarnaast is er een alwetende verteller aan het woord, maar zijn er ook nog in cursief de gedachten van Brendán. Dat kunnen overdenkingen zijn die aansluiten op zijn dagboekaantekeningen, of op wat er door de verteller ter berde wordt gebracht. Tot slot is er nog het vetgedrukte stuk dat de meeste hoofdstukken afsluit, wat het verslag vormt van zijn wonderbaarlijke zeereis. Het gegoochel met aanhalingstekens, enkel en dubbel, openen en sluiten, duizelde mij uiteindelijk.

De roman vangt aan met de mededeling dat de dan al zeer oude Brendán - die zijn hele leven al vele en verre reizen maakte - nog één laatste reis wil maken. Mernoc, de zoon van een van Brendáns vrienden, "says he has found the road to Heaven". Daar gaat de vrome Brendán, met zijn bemanning, naar op zoek.

De historische Brandaan leefde van ongeveer 484 tot ongeveer 576, in een tijd dat het christendom in Ierland zich wijd begon te verspreiden. Een eeuw eerder had St. Patrick daar voor het eerst het evangelie gebracht, wat in een land dat in eindeloze stammenoorlogen verstrikt was geraakt, meer dan welkom was. Voor wie geen boer of soldaat wilde worden, kwam deze nieuwe mogelijk om in het klooster te gaan letterlijk als een zegen.

Gelukkig heeft Llywelyn haar Brendán niet al te zwart/wit als een heilige zonder fouten of twijfels afgeschilderd. In het land waar de druïden tot voor kort het alleenrecht hadden op een vorm van hiernamaals, ziet Brendán ook de waarde van hun leer en wijsheid. Hij is het oneens met de door de kerk gedecreteerde inferioriteit van de vrouw, al houdt hij die gedachten voor zich. En hij heeft zeker zijn twijfels over de door de kerk voorgeschreven kuisheid. Evenmin voelt hij zich geroepen tot het priesterschap, zeer tegen de wens in van zijn leermeester en opvoeder, Bisschop Erc. Dat hij in het boek toch kuis blijft, komt vooral omdat de vrouw van wie hij houdt - Ita - een non is en zeker niet haar kuisheid zal opgeven. In het volgende citaat is het zelfs net of ik Gerard Reve erin hoor doorklinken: "humans are sensual beings, and God must have made us so for a reason. After all these years my little apostle still rises to praise Him."

Brendán hoort vanaf jonge leeftijd de zon zingen, en hij ondergaat de muziek van de zee en van de aarde. Deze roman is het mooie verhaal van zijn zoektocht naar de oorsprong van deze muziek. Er staan veel mooie passages in over geloof. "Every person is unique (...). Every one is made to hear God in a different way." Of "God experiences everything you do - in his own way. I believe we are the sensory organs of the Divine." Sommige stukken lijken zelfs te hinten op reïncarnatie, zoals het antwoord op de vraag waarom wij moeten sterven: "All of life is a school." Wij zijn hier - met andere woorden - om iets te leren. Het oude volk, the Gael, kreeg van hun druïden te horen dat "spirits are immortal and death merely an interruption in a long life". Als Brendán zich tegenover Ita beklaagt dat hij haar nooit hebben zal, leert ze hem een van de belangrijkste lessen uit het boek: "We are given what we need, not what we want."

In mijn studie naar The Blasket Islands kom ik regelmatig lofprijzingen tegen over de oorspronkelijke Ierse taal, het Irish Gaelic. Dat werd op dat eiland in haar pure vorm gesproken tot 1953, toen het handjevol mensen dat nog op The Great Blasket woonde, werd geëvacueerd naar het vasteland. Deze liefde voor het Iers kom ik ook tegen in deze roman. Brendán overdenkt hoe hij Latijn leerde: "Latin, for all its precision, lacked the subtlety and vivacity of my native tongue. The Irish language was a rainbow, Latin was a rock."

Ik heb bijzonder genoten van dit mooie boek, een prachtige romantische weergave van hoe het leven van Sinte Brandaan had kunnen lopen. De vorm van het boek - en daarmee doel ik op de eindeloze wisselingen van perspectief - had iets overzichtelijker gemogen naar mijn mening. Maar het pleit voor het verhaal en het schrijverschap van Morgan Llywelyn dat ook die kleine ergernis mij uiteindelijk niet meer opviel.

 

Gelezen: november 2012