Baudet, Thierry - Van elk waarheen bevrijd

 

Mooi geschreven roman(netje), al is het verhaal toch enigszins platgetreden. Helemaal ontdaan van alle opsmuk komt het verhaal neer op het volgende: man (musicus) is getrouwd en meent een zielsverwante te herkennen in studente, met wie hij een affaire heeft, waardoor zijn huwelijk strandt. Het is juist de opsmuk die dit boek de moeite waard maakt. 

 

De titel refereert aan de wijze waarop hoofdpersoon Philippe Gautier muziek ervaart, als de optimale vorm van zijn. Muziek is voor hem "het universum dat hem nooit in de steek had gelaten". Een kaartje van Sylvia, zijn ex-vrouw, is de boosdoener voor Gautiers ‘trip down memory lane’. 

 

Een rijkdom aan metaforen en ‘mooie zinnetjes’ waarvan de dosering de grens van overdaad tart. De hoofdpersoon betoogt dat zijn taak als muziekleraar vooral ligt in het openen van de oren en iemand leren voelen. Het nastreven van perfectionisme is voor hem een bewijs van gebrek aan talent. Leraren die coûte que coûte hún vingerzettingen, interpretaties en andere technieken opdringen aan leerlingen maken "vetvlekken op het zieltje dat je voor je had"

 

Het huwelijk met Sylvia was zeker niet slecht, maar echt in elkaars diepste wezen drongen de gelieven nooit door. “De geboorte van hun kinderen bond hen volledig; maar het verbond was verbroken.” Zijn tweede jeugd beleeft Gautier met Davide: “Dat wat zijn schild in de wereld was geweest, dat wat hij altijd voor zichzelf had gehouden: hij ging het opeens delen.” De vele verwijzingen naar Michelangelo en diens David maken het zelfs voor onoplettende lezer duidelijk waar de naam van zijn geliefde voor dient. “Mijn beeldhouwwerk: mijn Davide.”

 

De vrij dramatische toonzetting van de roman vindt een gerechtvaardigde basis als tegen het einde wordt prijsgegeven, waarom Philippe Gautier de vlucht in de muziek nodig had om te kunnen overleven. “Mijn vader begon me (…) ook geregeld te slaan. (…) Hij heeft met me gedaan wat je doet met een hond die je vals wilt maken. Ja, mijn wereld was altijd al gebroken: het leven was altijd al stuk.” 

 

Zonder twijfel een mooie roman, maar erg uitleggerig en vertellerig. Veel van de zielenroerselen en procesontwikkelingen van de hoofdpersoon worden achter elkaar opgelepeld, in plaats van dat de schrijver de lezer de gelegenheid geeft ze zelf te ervaren. Daartoe had Baudet ongetwijfeld iets meer dan de gebruikte 138 pagina’s (met overdadig veel wit) moeten volschrijven. 

 

Op eigen kracht was ik wellicht nimmer op het idee gekomen een roman van Thierry Baudet te gaan lezen. Maar een lieve vriendin deed mij dit werkje cadeau. Dat resulteerde in een mooie en zonder meer inspirerende leeservaring. Maar als ik met het mes op de keel de lakmoesproef moet doen (wil ik meer van deze schrijver lezen?), dan zal het bij deze ene ervaring blijven.

 

Gelezen: mei 2019