MacLeod, Alistair - No Great Mischief

 

Een familiekroniek van Schotten die generaties geleden naar Canada zijn getrokken om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Alexander MacDonald, een orthodontist uit Ontario die net als veel van zijn roodharige neven ‘ille bigh ruaidh’ wordt genoemd, bezoekt zijn oudste broer, Calum. Hij is alcoholist en woont in Toronto. Dit bezoek heeft de schrijver als een rode draad door dit boek geweven. De herinneringen passeren vanaf de MacDonald van hun clan, Calum, die in 1779 de grote oversteek maakte. Diens vrouw overleed tijdens de reis en heeft het nieuwe land dus nooit gezien. 

 

De ouders van Alexander en een van zijn broers verdrinken, als hij drie jaar oud is. Vanaf de vuurtoren die een van Alexanders grootvaders beheert, lopen ze over het ijs naar het vasteland.  De grootvader ziet midden in de nacht dat hun lamp in de verte wel erg lang op dezelfde plek blijft, en gaat poolshoogte nemen. De lamp ligt op het ijs, dichtbij een groot wak. 

 

De drie oudere broers zijn net te oud om nog opgenomen te worden bij een van de grootouders, maar Alexander en zijn zus groeien op bij hun grootvader. Veel van de geschiedenis van Canada, vanuit de Schotse gemeenschap waar nog steeds het oude Gaelic wordt gesproken, komt voorbij. Een groot deel van de handeling speelt zich af in de mijnen, waar Calum en Alexander geruime tijd werken. Omdat een neef, ook Alexander MacDonald geheten, omkomt tijdens het werk, vraagt Calum aan zijn jongere broer of hij hem wil vervangen.

 

De titel van het boek verwijst naar een uitspraak van General Wolfe rondom de slag in 1759 van Quebec. Hij stuurde de sterke Highlanders naar het slagveld omdat ‘it was no great mischief if they fall’. Schotse levens zijn te verwaarlozen, en het is alsof die zienswijze nog steeds bestaat. De baas van de mijnen zegt dat het spijtig is dat de roodharige Alexander MacDonald is verongelukt tijdens het werk, maar hij zegt direct: 'It was only one man. The job has to go forward.' 

 

Er zitten hartverscheurend mooie scènes in en de doorleefdheid van de mensen die een moeilijk bestaan leiden is bijna tastbaar door de zinnen heen. Ik kan ook het vakmanschap van de schrijver waarderen. Iedere zin staat als een huis. En toch behoort dit boek niet tot mijn favorieten. Het is knap, ontroerend, boeiend en mooi. Kennelijk zijn dat niet de enige ingrediënten die een boek gedenkwaardig maken. Wat voor mij ontbreekt, is niet eenvoudig te verwoorden. Het is misschien té knap, té geconstrueerd. Kortom, zonder meer een goed boek dat ik evenwel niet vaak meer ter hand zal nemen.

 

Gelezen: december 2019