Williams, J.E. - The Andean Codex

Adventures and initiations among the Peruvian Shamans

 
In verband met een project voor mijn werk, heb ik mij verdiept in de wereld van de sjamanen uit Peru. Al noemen deze shamanen van de Q’ero gemeenschap zichzelf geen shamaan, maar paqos. Het zijn priester-genezers. De shamanen uit de Andes gebruiken hallucinerende middelen, iets wat de paqos niet doen. Ik ontmoette zelf twee paqos, die op bezoek waren in Nederland. Ik heb met hen een buitengewoon boeiend interview gehad, geholpen door een tolk die het Quechua – de oude Inca-taal – vertaalde in steenkolenengels. Daarna begon ik in een dikke pil van William Sullivan, die de diepte opzoekt van de kosmologische betekenis van de oude Inca’s, het volk waar de Q’ero de directe afstammelingen van zijn. Echt heel erg boeiend, maar de kans dat ik dit boek van Sullivan terzijde schuif, is reëel aanwezig. Daarnaast las ik met veel interesse een boek van Joan Parisi Wilcox. En dit boek, van J.E. Williams, wat mij van de drie het beste beviel. Ik vloog er doorheen.


De auteur doet in het begin van zijn boek het prachtige verhaal van zijn initiatie in de wereld van de paqos in Peru. Hieraan vooraf gaat een spirituele ervaring, gestimuleerd door wat ze noemen yajé, een wonderbaarlijk drankje dat hallucinerend werkt. Deze ervaring overtuigt hem ervan dat hij naar de Q’eros moet. Maar, vraagt hij aan zijn leermeester, “How will I find these shamans, and know when I am ready to return?” Waarop zijn leermeester antwoordt: “They will find you and you will know when it is time.”


In Peru bezoekt Williams Machu Picchu, de legendarische stad van de Inca’s. Daar ontmoet hij enkele Q’eros, van wie alleen Sebastian een beetje Spaans spreekt. De volgende dag in de stad Cusco ontmoet hij Sebastian weer. De komende zes jaren zal Williams Sebastian iedere keer zo ontmoeten, zonder afspraak, maar evenmin zonder toeval. De Q’eros komen af en toe naar Cusco, maar iedere keer als Williams de stad bezoekt, is Sebastian er ook en ontmoeten ze elkaar. “These inexplicable meetings occur on every visit. Now, four years later, I am accustomed to the synchronicity.”


Zonder er al teveel woorden aan vuil te maken, neemt Sebastian Williams aan als leerling om paqo te worden. Het is alsof dat vanaf de eerste wederzijdse blikopslag, al is beklonken. Aan de hand van diens ervaringen op zijn pad van natuurgenezer, maakt de auteur de lezer deelgenoot van de gebruiken en de leefwijze van de paqos. Het zijn door de omstandigheden geharde bergmensen, die het leven en de aarde bejegenen met een nederig makende eerbied en wijsheid.

 

Op verschillende niveaus ondergaat de schrijver initiaties. Lichamelijk, door na enkele jaren eindelijk in te gaan op de uitnodiging van Sebastian om zijn dorp hoog in de bergen te bezoeken. Het wordt een uitputtingsslag die hij maar ternauwernood weer te boven komt. Geestelijk, door het pad van de paqo te volgen en door te leren communiceren met moeder aarde en de berggeesten. Entiteiten die voor de paqos boven iedere twijfel verheven zijn.


Het is of de lezer zelf de zoektocht ondergaat die de auteur beschrijft. Spelenderwijs raak je vertrouwd met de bijzondere en spirituele wereld van de paqos, en pik je enkele woorden uit het Quechua op. Dit is nu typisch zo’n boek dat je onrecht doet door het trachten te vangen in een leeservaring van 600 woorden. Laat ik er dit over zeggen: het inspireert op een manier die zich niet eenvoudig meer naar de achtergrond laat dringen.

Gelezen: januari 2013