Ruiz, Don Miguel - The Voice of Knowledge

Ik las dit boek al geruime tijd terug. Dankzij mijn vele onderstrepingen en opmerkingen in de kantlijn kan ik mijn leeservaring nog redelijk goed reconstrueren. The Voice of Knowledge las ik kort na The Four Agreements. Beide boeken overlappen elkaar op veel punten, maar dat werkte nergens storend voor mij. Wat Ruiz te vertellen heeft, verdient het om te worden herhaald.

 

In het eerste hoofdstuk brengt de schrijver het Bijbelverhaal van de zondeval ten tonele. In het Paradijs stonden twee bomen: ‘the Tree of Life’ en ‘the Tree of Death’, beter bekend als ‘the Tree of Knowledge’. De gevallen engel die in de tweede boom woonde en zich in een slang had veranderd, staat bekend als ‘The Prince of Lies’. Later noemt de schrijver hem ‘The Storyteller’. Alles wat uit zijn mond komt, is een leugen. Wij luisterden naar al zijn woorden en verhalen.

“We believed the fallen angel’s story, and that was our big mistake. That is what it means to eat fruit of the Tree of Knowledge. We agreed and took his word as the truth. We believed the lies; we put our faith in them.”

 

Volgens Ruiz heeft ieder van ons zijn eigen ‘Tree of Knowledge’ in zijn binnenste. Het is ons persoonlijk geloofssysteem geworden.  Over de term ‘zonde’ zegt de auteur dat het letterlijk betekent ‘ergens tegenin gaan’. 

“Everything that we say, everything that we do against ourselves is a sin. To sin is not about blame or moral condemnation. To sin is to believe in lies, and to use those lies against ourselves.”

De prins van de leugens, de verhaaltjesverteller, die stem in ons hoofd: wij noemen dat ‘denken’, maar Ruiz noemt dat ‘The voice of knowledge’. En die stem houdt geen ogenblik op met oordelen. Het vertelt ons wat goed is wat slecht, wat mooi is en wat lelijk. 

 

Ruiz vertelt hoe hij in zijn jonge jaren vooral wilde laten zien hoe slim hij was, dat hij een intellectueel was. (Dit komt mij erg bekend voor.) Wanneer hij indruk wil maken op zijn grootvader – van wie hij van jongs af aan in de Toltekentraditie is opgeleid – met al zijn kennis, moet deze een beetje lachen. Hier is wat de oude wijze man zei:

“You know, most people around the world believe that there is a great conflict in the universe, a conflict between good and evil. (… this) conflict only exists in the human mind, not in the universe.” 

Hij legt uit dat dit conflict in ons hoofd niet werkelijk over goed of slecht gaat, maar over wat waar is en niet waar. Wie gelooft in leugens zal deze fanatiek verdedigen. 

“(…) all of the drama you suffer in your personal life is the result of believing in lies, mainly about yourself. And the first lie you believe is you are not: you are not the way you should be, you are not good enough, you are not perfect. We are born perfect, we grow up perfect, and we will die perfect, because only perfection exists.”

 

Uiteindelijk komt zijn grootvader aan bij de kern: 

“Miguel, I can see that you are trying hard to impress me, to prove that you are good enough for me. And you have the need to do this because you are not good enough for yourself.”

Hij vertelt dat zijn kleinzoon, zoals bijna alle mensen, zich voornamelijk richten op wat ze niet zijn. En dat ze een beeld van zichzelf nastreven, maar dat dat beeld niet de waarheid is. Nog voordat de jonge Miguel heeft kunnen vragen hoe je dan achter de waarheid kan komen, antwoordt zijn grootvader al dat je de waarheid moet ervaren. 

“Humans have the need to describe, to explain, to express what we perceive, but when we experience the truth, there are no words to describe it. (…) We can perceive truth with our feelings, but as soon as we try to describe it with words, we distort it, and it’s no longer the truth. It’s our story! (…) Why try to impose your story on other people when for them your story is not true? When you understand that, you no longer have the need to defend what you believe. It’s not important to be right or to make others wrong.” 

 

Het kostte Ruiz jaren om deze conversatie met zijn grootvader te verwerken en daadwerkelijk te begrijpen. Hij diept dit gesprek in de rest van het boek verder uit. Zo vertelt hij dat ieder kind tot op een bepaalde leeftijd volledig authentiek is. Je bent volledig jezelf en accepteert iedere emotie, omdat je nog geen kennis hebt. Iedereen leeft volledig haar/zijn eigen integriteit totdat zij/hij de betekenis van woorden leert kennen. Zodra je de taal leert begrijpen, merk je dat iedereen je vertelt wat of wie jij bent. Al deze verhaaltjes zijn gebaseerd op wat deze mensen geloven. Je vader, je moeder, je zus of broer, dan later de juf op school. Je moet braaf zijn, je moet goed luisteren, je moet goed leren om een winnaar te kunnen worden in de maatschappij. Ja, natuurlijk wil ik een winnaar worden. Ik ga daarmee akkoord.

Achter al die verhaaltjes zit de verborgen boodschap dat ik niet ben wie ik zou moeten zijn. Het is kennelijk niet goed om te zijn wie ik ben. 

“‘Miguel, you have to work hard to become somebody,’ that means that right now I am nobody. In a child’s mind the silent message I understand is I am not good enough. And not just that; I never will be good enough because I am not perfect.” 

Ook daar gaan wij mee akkoord. Op dat ogenblik stoppen wij met het onszelf zijn, en doen we onze uiterste best om te zijn wat/wie wij niet zijn. Dit noemt Ruiz ‘De leugen van imperfectie’. 

 

Als puber wordt het geloof in deze leugen nog sterker. Dan zijn we niet alleen niet-goed-genoeg voor anderen, maar zijn we dat ook niet meer voor onszelf. We zijn niet langer meer authentiek. We verliezen onze integriteit, omdat we voornamelijk bezig zijn om te voldoen aan wat goed is in de ogen van anderen. (Iets wat overigens een onmogelijke opgave is, want wat voor de één goed is, is dat niet voor de ander.) Hoe verder dit idee wortel kan schieten, hoe wanhopiger we zoeken naar bevestiging, naar iemand die zegt dat we goed genoeg zijn. 

Terwijl wij volgens Ruiz juist al perfect zijn zoals we zijn.

“For me to say that I am not perfect or that you are not perfect is the greatest insult to God, from my point of view. If we don’t see the perfection, it’s because our attention is focussed on the lie, on that image of perfection that we can never be.”

Hoe sterker wij geloven in onze eigen imperfectie, hoe naarstiger we op zoek gaan naar één of meer schuldigen. En aangezien wij niet zijn die wij proberen te zijn, falen we keer op keer. Ruiz roept de lezer op om terug te keren naar zijn/haar eigen integriteit, voordat we de betekenis van de woorden leerden kennen. 

“We are born in truth, but we grow up believing in lies.”

 

Na een levensveranderende nacht in de woestijn heeft de schrijver de stap kunnen zetten weg van alle leugens, waar hij tot dan toe in had geloofd. Hij realiseert zich dat meer dan 90 procent van alle concepten in zijn hoofd op leugens waren gebaseerd. 

“Especially the concepts I believed about myself. (…) Once I discovered that people are creating and living in their own story, how could I judge them any longer? (…) And whatever people say about me is just a projection of their image of me. It has nothing to do with me. (…) Why try to justify what you believe? You don’t need to make others wrong because you already know that in their story they are right. In your story, you are right.”

 

De manier om de leugenaar in ons hoofd te temmen is door hem niet langer te geloven. Ruiz geeft ons twee heldere regels: 

“Rule number one: Don’t believe yourself. (…) Rule number two: Don’t believe anybody else.”

Het enige dat wij kunnen geloven en vertrouwen zijn onze gevoelens en emoties. 

“You cannot fake what you feel.”

 

Het slot van het boek vond ik bijzonder teleurstellend. Daar wil Ruiz toch eigenlijk dat iedereen op deze manier tegen het leven aan gaat kijken, opdat we een maatschappij kunnen vormen van ‘love and happines’. Dat is niet eenvoudig, geeft hij toe, maar ook niet onmogelijk. Dit preken voor een betere wereld doet afbreuk aan de waardevolle inzichten die hij eerder met ons deelde. Enkele pagina’s na zijn preek zegt hij het eigenlijk zelf: 

“You don’t need to change the world; you need to change yourself.”

 

In combinatie met The Four Agreements is The Voice of Knowledge weer een ongekende verrijking. Het is geschreven in eenvoudige taal, bijna kinderlijk hier en daar. En dat bedoel is als een compliment. En in onze maatschappij, waar het aantal mensen met burn-outs alleen maar lijkt te groeien, zal dit boekje veel herkenning oogsten. 

 

Gelezen: september 2017